donderdag 23 augustus 2012

De Grote Gele M


Tijdens de reis naar onze vakantiebestemming luisteren de kids en ik graag naar de Smurfen. Dat zijn van die leuke melodietjes van populaire popliedjes met echte ‘smurfige’ teksten. De teksten zijn grappig en we zingen dan ook vaak uit volle borst mee.

Eén van die liedjes tovert altijd een extra glimlach op mijn gezicht. Dat is de smurfenversie van de Pizzahut. In het liedje nodigt een van de smurfen de anderen uit om bewegingen te maken. Dat gaat als volgt:

"Oké, oké we maken allemaal even een dakje boven ons hoofd: pizzahut! Pizzahut!
En dan steken we onze handen onder onze oksels en dan maak je een soort kipbewegingen en dan roep je met z’n allen: Kentucky Fried Chicken! Kentucky Fried Chicken!
Oké en dan steken we onze handen recht voor uit en maken halve ronde cirkels als ware een grote gele M en dan zing je: Mcdonalds! Mcdonalds!"
 
Het zal veel mensen misschien ontgaan, maar een echte beelddenker zal denken: "Hoe beeld je in vredesnaam een grote GELE M uit?"

Stel je eens voor dat je kleuren uit zou beelden. Hoe zou jij dan de kleur geel laten zien?


Wil je de msurfen het liedje horen zingen? Klik dan hier.  

dinsdag 8 mei 2012

Samen sterk

‘Samen sterk’, dat moet poes Spooky gedacht hebben toen ze gisteren beviel van haar 3 kittens. Haar halfzusje Mickey beviel een paar dagen eerder van haar vierling. Toen Spooky begon te slepen met haar neefjes en nichtjes hadden we daar wel zo onze zorgen over. Probeerde ze de kittens van haar zusje te stelen? Moesten we ze in aparte ruimtes zetten? We besloten het even aan te zien en de volgende morgen lagen alle 7 kittens met 2 moederpoezen in een veel te kleine doos. Zo te zien pakken de beide moedertjes de zorg voor hun poezenkinderen gezamenlijk op. De kleine blinde bolletjes kat zogen bij beide moeders, als de ene poes even naar beneden gaat om onze aandacht te vragen past de ander op de kittens. Wat ik zelf heel mooi vind om te zien is hoe de beide kattenmoeders hun kroost samen verdedigen. Toen onze hond ook een kijkje wilde nemen vlogen beide moeders uit de doos, namen een brede positie in voor hun nest en hieven een luidkeels gemiauw aan.

Voorlopig gaat het prima en lijkt het een gezellige boel bij ons op zolder. Ik ben wel heel benieuwd hoe dit verder gaat als de kitten hun oogjes eenmaal open hebben.

donderdag 19 april 2012

Moodbook

Emoties, je moet er iets mee. Als je ze oppropt krijg je daar later problemen mee. Je kunt ze van je afpraten of erover schrijven. Therapeuten, maar ook ervaringsdeskundigen raden al gauw het bijhouden van een dagboek of logboekje aan. En in de meeste gevallen werkt dat heel goed.

Mijn zoon heeft het moeilijk op de middelbare school. Ik zie hem elke dag met lede ogen gaan en vraag me vaak af wat er allemaal in zijn hoofd omgaat. Soms heeft hij een bui waarin ik hem daar naar kan vragen, maar meestal is het de stilzwijgende koppige puber. Je kent dat vast wel: ‘Er is niks!’, met dat gezicht als een donderwolk. Schrijven is ook niet zijn sterkste kant, tenminste niet als het om zijn gevoelens gaat.

Ik heb hem voorgesteld om een moodbook bij te gaan houden. In zo’n boekje (kan natuurlijk ook elektronisch, want kids van tegenwoordig kunnen beter met het toetsenbord omgaan dan met potlood en papier) kan hij op een beeldende manier zijn gevoelens neerzetten. Het moodbook moet plaats bieden aan zaken die hem pijn doen, of waar hij boos om is, maar ook aan dingen waar hij heerlijk om kan lachen en die hem blij maken. Voor een beelddenker als hij geldt: niet teveel tekst, of helemaal niet, maar plaatjes (bijvoorbeeld via Google Afbeeldingen), tekeningen en vooral emoticons. Die lachende, sombere of verbaasde gezichtjes zijn inmiddels overal vertegenwoordigd en zo herkenbaar. Het neerzetten van een datum, gebeurtenis en een emoticon kan volstaan. Voor pubers moet het immers zo simpel mogelijk zijn. Zelfs de schoolagenda kan dienst doen als moodbook.

Nu er nog voor zorgen dat hij zo’n moodbook bij gaat houden. Misschien moet ik zelf maar eens het goede voorbeeld geven. Ik kan zo’n moodbook ook nog heel goed gebruiken.

maandag 5 maart 2012

Oh ja, ik heb ook nog een blog

Net als, denk ik, iedereen neem ik me netjes voor een weblog bij te houden als ik er een start. Net als iedereen, denk ik, merk ik dat dat best moeilijk is. Nu is er genoeg waar ik over zou willen schrijven, dat is het probleem niet. Het is meer een gebrek aan tijd. Waar besteedde ik dan het laatste jaar zoveel tijd aan dat ik niet meer aan mijn blog toekwam?

Ik heb een opleiding gedaan, heb twee operaties aan mijn rechterhand ondergaan (echt lastig als je rechts bent), er waren andere zaken die mijn tijd opeisten, maar ik denk dat ik ook veel tijd kwijt ben geraakt aan de social media. Toen ik met Twitter begon zei mijn zus: ‘Goh, dat kost je vast best veel tijd.’ ‘Welnee joh,’ zei ik braaf, ‘ik heb de pc toch meestal aan staan en als me iets te binnen schiet ga ik er gewoon even achter zitten.’ Maar dat ‘even’ wordt al gauw een uurtje, als het niet meer is, omdat ik toch ‘even’ mijn hele tijdlijn wil nalopen. En dan is er ook nog de LinkedIn-pagina, die ik uptodate moet houden, om nog maar niet te spreken van al die discussiegroepen waar ik aan deel kan nemen. Vrienden communiceren steeds vaker via Facebook. Een berichtje in de postbus dat iemand iets op mijn prikbord heeft gezet, zorgt er toch wel voor dat ik ‘even’ een kijkje neem. Het is dan niet alleen dat prikbordberichtje, want al gauw blijkt dat er meer vrienden zijn die iets hebben gedeeld, waar ik toch ‘even’ naar moet kijken. Social media kosten dus tijd, maar worden ook steeds belangrijker als je, zoals ik, werk zoekt

Toch neem ik me opnieuw voor om ook mijn weblog goed bij te gaan houden. Waarom? Op mijn CV staat dat creatief schrijven mijn hobby is. Er staat zelfs een link op naar dit weblog. Het werkt natuurlijk niet in mijn voordeel als een potentiële werkgever of eventuele opdrachtgever mijn blog bekijkt en ziet dat ik sinds augustus 2010 niets meer heb geschreven.

Uiteraard doe ik het niet alleen daarom. Creatief schrijven is nog steeds mijn hobby en ik wil graag van mijn hobby mijn werk maken. In de periode dat ik op zoek ben naar werk zal ik dus maar eens flink tijd aan mijn hobby besteden. Stel je voor dat een werk- of opdrachtgever mij kiest, juist vanwege mijn blog!

dinsdag 17 augustus 2010

De rode loper


Ze hadden het helemaal zelf uitgedacht, mijn kids: een welkomstceremonie voor het nichtje dat kwam logeren. Al weken van te voren was mijn dochter een uithangbord aan het schilderen. Mijn zoon maakte van oude folders wel een beker vol confetti met de perforator. Mijn zus (moeder van het nichtje) en ik werden uitdrukkelijk geïnstrueerd en mijn dochter tekende zelfs het hele scenario in een stripverhaaltje uit. Samen bespraken ze keer op keer hoe het allemaal zou verlopen. ‘Ik zie het al helemaal voor me,’ zei mijn zoon, vlak voor de grote dag. ‘Ik zie nu al hoe ze op zal kijken.’ ‘Ja, en hoe ze over de rode loper zal lopen,’ riep mijn dochter enthousiast.
Niet om de pret te bederven, maar omdat ik wel nieuwsgierig was vroeg ik ze: ‘En waar halen jullie dan een rode loper vandaan?’ Aan de stilte die volgde was te merken dat ze daar niet over hadden nagedacht. ‘Nou ja,’ meende mijn dochter, ‘dan knopen we toch een paar rode handdoeken aan elkaar.’ ‘We hebben alleen geen rode handdoeken,’ merkte ik op. Gelukkig vonden we op de vliering nog een coupon van rode stof dat ooit bestemd was voor een gordijn. De welkomstceremonie was gered.

Dit is dus duidelijk een voorbeeld van hoe beelddenkers denken. Het resultaat staat hen helder voor de ogen, maar bij de uitwerking worden er nogal eens stappen overgeslagen. Gelukkig zijn beelddenkers ook creatieve denkers en hebben ze vaak, ook op het laatste moment, wel een oplossing voorhanden.

vrijdag 30 juli 2010

Een wand vol zelfvertrouwen


De kids en ik hebben het alledrie wel nodig: dat beetje meer zelfvertrouwen. De één een beetje meer dan de ander. Er zijn veel tips om je zelfverzekerder te voelen en één er van is dat je jezelf elke dag laat zien hoe goed je bent. Dat kan bijvoorbeeld door een goed cijfer ergens neer te hangen, er elke dag naar te kijken en het gevoel weer op te roepen dat je kreeg toen je dat cijfer behaalde. Ook elke dag in de spiegel kijken en jezelf een complimentje geven, geeft de mens, zoals uit onderzoek is gebleken, meer zelfvertrouwen. Zelf krijg ik elke maand een affirmatie, een overtuigende, bevestigende gedachte die je elke dag hardop uit moet spreken. Zo'n affirmatie lees je dus ook elke dag. Ons probleem: waar hangen we zoiets dan neer?

Zo is het idee ontstaan om een wand vrij te maken voor allerlei positieve dingen. Alle tienen, negens en achten, maar ook de zevens en zessen waar we trots op zijn krijgen op deze wand een plaats. Diploma’s, leuke teksten en mooie tekeningen gaan deze muur opsieren. We hangen, op ooghoogte, een mooie spiegel neer, met een tekst erboven: ‘Ook ik mag er zijn!’. Daar kunnen we elke dag in kijken en onszelf dat complimentje geven. Niet alleen onszelf overigens, we leggen ‘geeltjes’ en een pen neer en we schrijven daar de complimentjes op die we de ander geven. We gaan er een leuke positieve plek van maken: een wand vol zelfvertrouwen.

Ik probeer me nu al voor te stellen hoe die, nu nog kale muur, er over een jaar uit zal zien. Nu eerst nog een pot muurverf en een leuke spiegel kopen.

maandag 26 juli 2010

Afscheid van De Wiekslag

Mijn tweeling nam vorige week afscheid van basisschool De Wiekslag. Acht jaar lang gingen ze elke schooldag ’s morgens samen om vijf voor half negen rennend de deur uit (oké, de eerste 4 jaar bracht ik ze weg). Vijf dagen van de week stonden de gebeurtenissen op school centraal tijdens het avondeten. Verhalen over de juf of meester, over klasgenootjes (wie is op wie?), over toetsen en cijfers, over projecten, over roddels op het schoolplein. Ze vulden elkaar aan of spraken elkaar tegen. Ze maakten hetzelfde mee, maar beleefden dat vaak anders. Soms voelde ik me een buitenstaander, omdat ik niet de beelden zag die voor hen zo vanzelfsprekend waren. Maar meestal vormden beide verhalen één duidelijk geheel. Samen gingen ze de spanningen aan voor avondvierdaagsen, toesten, boekbesprekingen, spreekbeurten, schoolreisjes en uiteindelijk de traditionele afscheidsmusical.

Op de afscheidsavond stond mijn dochter huilend voor haar meester Willem, die voor haar, net als voor de andere kinderen, een kort toespraakje had. Mijn zoon huilde niet, het is per slot van rekening een jongen, maar zijn witte betrokken gezichtje sprak boekdelen. Ze zullen het missen en ik ook, die basisschooltijd.

Gelukkig hebben ze zes weken de tijd om zich voor te bereiden op een nieuw schooltijd, die van de middelbare school. Die tijd gaan ze apart beleven. Wel naar dezelfde school, maar een ander niveau en andere lestijden. En allebei andere belevenissen. Verhalen worden niet meer aangevuld of tegengesproken. Spanning wordt niet meer (zo intensief) gedeeld.
Als moeder sta ik daar met gemengde gevoelens tegenover. Het is uiteraard goed dat elk kind zijn/haar eigen leven leidt, maar die interactie tussen die twee maakte het schoolleven toch wel heel bijzonder.